Voor de verklaring van de naam Paal zijn er twee mogelijkheden: ofwel Paal als staak, grenspaal; ofwel Paal als moeras. In de loop van de geschiedenis komen we tegen: Pale, Paele, Paelle, Paelre, Pael, Bytinche van Beringen, Buitinghe, Buiting.
Paal of de Buiting behoorde tot de parochie Beringen, evenals Heusden dat zich echter reeds vóór 1400 afscheidde als afzonderlijke parochie.
De Buiting met zijn vier gehuchten maakte twee derden uit van het grondgebied van Beringen en betaalde dan ook twee derden van alle kosten. Op die manier moest de Buiting bijdragen in de kosten van kerk, stadswallen, stadspoorten, enz...
De Private Raad van het prinsbisdom Luik verzette zich steeds tegen de scheiding van Paal en Beringen.
Na heel wat strubbelingen werd Paal dan toch in 1708 een eigen parochie.
In 1513 was er echter al sprake van een kapel, op de plaats waar nu de kerk staat.
Paal kreeg op zijn grondgebied de kolenhaven van de mijn, de E39 autosnelweg en een industriegebied van nationaal belang.
